Amersfoort is een stad in het oosten van de provincie Utrecht. Het is een groeistad en heeft een economische een regionale functie met een sterk gegroeid bedrijfsleven, heeft één van de grootste spoorwegknooppunten van Nederland en is een belangrijke garnizoensstad. Je vindt er een mooie middeleeuwse binnenstad met grachten, fijne terrasjes, musea en Dierenpark Amersfoort. Niet ver van de stad heb je ook nog Kamp Amersfoort, maar daarover zal ik in een andere blog meer vertellen. Eerst alle aandacht voor deze leuke stad.
Bezienswaardigheden Amersfoort
Amersfoort telt ruim 400 rijksmonumenten en twee stadsgezichten: binnenstad en Bergkwartier (villawijk). De middeleeuwse binnenstad is bijzonder goed bewaard gebleven en heeft een grachtenstelsel. De Onze Lieve Vrouwetoren (door de Amersfoorters ook “Lange Jan” genoemd) is de belangrijkste blikvanger. Met zijn 98 meter is het de op twee na hoogste kerktoren van Nederland. De bijbehorende kerk ging bij een explosie in 1787 verloren.
Stadsmuur
De eerste stadsmuur werd gebouwd rond 1300. De Plompetoren was een onderdeel van de oudste muur. Hier werden vroeger de gevangenen gehouden. Tussen 1380 en 1451 werd een nieuwe stadsmuur gebouwd, die de stad tot in de 19e eeuw ruimschoots heeft kunnen omsluiten en die deels behouden is. Nadat de oudste stadsmuur haar functie had verloren werd deze gebruikt om huizen tegenaan te bouwen, Muurhuizen. Een voorbeeld van zo’n Muurhuis is het huis Tinnenburg. De binnenstad heeft ook een jongere stadsmuur.
Plompetoren
De Plompetoren, Dieventoren of Gevangentoren ook wel Latijntje genoemd, is een middeleeuwse toren en onderdeel van de monumentale Muurhuizen. Het precieze bouwjaar van de toren is niet bekend. De toren wordt voor het eerst genoemd in 1434, toen hij in gebruik werd genomen als de tweede stadsgevangenis, wat de toren de naam Dieventoren opleverde. Waarschijnlijk is de toren na de bouw van de tweede stadsmuur om de stad niet afgebroken, omdat de gevangenis in de toren gevestigd was. Toen in 1554 de eerste gevangenis onder het stadhuis van Amersfoort gesloten werd, was het de enige stadsgevangenis die overbleef. Nadat in 1860 het Agnietenklooster, waar de Latijnse school gevestigd is geweest vanaf 1622, afgebroken werd, verhuisden de dakruiter en het klokje van de kapel naar de Plompetoren, waardoor de toren de bijnaam Latijntje kreeg. In 1889 werd de gevangenis in de toren gesloten.
Muurhuizen
De Muurhuizen is een min of meer cirkelvormige straat op de plek van de afgebroken eerste stadsmuur in het centrum van de Nederlandse stad Amersfoort. Tweederde van de cirkel van 1,3 km heet Muurhuizen, het overige derde deel heet Breestraat en Krankeledenstraat. Toen in de 14e eeuw de ruimte binnen de oorspronkelijke stadsmuur te klein werd, besloot het stadsbestuur rond 1380 tot de bouw van een nieuwe stadsmuur. Omstreeks 1450 was de nieuwe ommuring gereed en kon de oude muur worden afgebroken. Ter plaatse werden, gebruik makend van stukken muur en van stenen uit de muur, aan de grachtzijde (oneven nummers) de Muurhuizen gebouwd. Op een paar oude wel verdedigbare elementen na, zoals Huis Tinnenburg en de Plompe- of Dieventoren, stammen de vroegste Muurhuizen uit midden 16e eeuw. Tegenwoordig is de Muurhuizen een autoluwe straat met woonhuizen en kleinschalige bedrijfjes.
Huis Tinnenburg
Het Huis Tinnenburg is als versterking in de muur opgenomen ter verdediging van de watertoevoer vanuit de Heiligenbergerbeek. Het huis wordt in 1414 voor het eerst vermeld. Tinnenburg vormde samen met het huis Rommelenburg, aan de andere zijde van de gracht, een waterpoort. Nadat in de 15e eeuw de tweede stadsmuur gereed kwam, werd de eerste gesloopt en werden de stenen gebruikt voor de bouw van muurhuizen. Door de bouw van de Monnikendam werd de waterpoort bij Tinnenburg overbodig en afgebroken. Rommelenburg werd in de eerste helft van de 19e eeuw gesloopt.
Het pand is opgetrokken op een rechthoekige plattegrond onder een met rode pannen gedekt zadeldak. Beide zijgevels worden bekroond door een trapgevel. De boogaanzet van de waterpoort aan de zijgevel werd toegevoegd of aangedikt bij een restauratie in de jaren veertig van de 20e eeuw.
Stadspoorten
De stad heeft daarnaast een aantal stadspoorten, zowel land- als waterpoorten. De meest bijzondere en bekendste is de Koppelpoort, die zowel land- als waterpoort is. Verder zijn er de Monnikendam (een waterpoort) en de Kamperbinnenpoort (een landpoort).
- De Koppelpoort is een combinatie van een land- en waterpoort. De naam is waarschijnlijk afgeleid van het woord coppel wat gemeenschappelijke weide betekent. Het gebied buiten de Koppelpoort was een gemeenschappelijk gebied. De naam duidt dus niet op het feit dat de poort twee functies heeft. De poort vind je aan de noordwestkant van de binnenstad, waar het grachtenstelsel de binnenstad verlaat en zich samenvoegt met de Flierbeeksingel. De Koppelpoort kon worden gesloten door middel van een dubbele tredmolen. Deze werkt nog steeds. Boven de waterpoort bevindt zich een mezekouw, een houten uitbouw waar men gloeiende pek naar beneden gooide. De poort werd elke dag open en dicht gedaan door raddraaiers. De raddraaiers werden ’s ochtends en ’s avonds opgehaald, door meerdere bewakers. Het was een erg gevaarlijke klus: Als ze niet tegelijk begonnen met lopen dan zou er één kunnen vallen, en de rest meesleuren, met vaak fatale afloop. Voordat het schot naar beneden kon moest het eerst omhoog, om de ijzeren pinnen die erin zaten eruit te halen. Dan pas kon het naar beneden. Terwijl het schot naar beneden gaat, gaat het lopen in het rad steeds makkelijker en sneller, veel mensen struikelden en braken zo ledematen. Bezoekers mogen zelf in de tredmolen het schot in beweging brengen.
- De Monnikendam is een nog bestaande waterpoort. Onder deze waterpoort stroomt het water van de Heiligenbergerbeek de binnenstad binnen. De poort bestaat uit twee torens, die verbonden zijn door een poortboog, en staat aan de oostzijde van de binnenstad. Begin 1400 werd de Monnikendam gebouwd als onderdeel van de tweede stadsmuur die gebouwd werd vanaf 1380 en gereed was in 1480. De poort wordt voor het eerst vermeld in 1435. De naam van de poort is vermoedelijk afkomstig van de Augustijner monniken, die sinds 1394 huisden op Sint Andrieskamp. De monniken verhuisden in 1420 naar De Birkt.
De poort is door de gemeente Amersfoort uitgegeven als erkende trouwlocatie. Er is nu een restaurant in het monument gehuisvest. - De Kamperbinnenpoort is een landpoort aan de noordzijde van de binnenstad tussen de Langestraat en de Kamp en behoort tot de eerste stadsmuur van Amersfoort. Het is één van de laatste overblijfselen van deze eerste stadsmuur, waarvan de structuur grotendeels nog te zien is in de Muurhuizen, waar de poort aan vast gebouwd is. Aan de zijde die gericht is naar de Kamp bevindt zich boven de poort een mezekouw met zes werpgaten van waaruit verdedigers van de stad bijvoorbeeld gloeiende pek naar beneden konden gooien.
De poort is gebouwd in de tweede helft van de 13e eeuw. De poort is de oudste poort van Amersfoort en bestond uit twee achthoekige torens met een boog ertussen net buiten de stadsgracht. Na de realisatie van de tweede stadsmuur begin 15e eeuw raakte de poort haar verdedigingsfunctie kwijt. In de 16de eeuw is de hoofdpoort voor de grootste deel afgebroken, alleen de voorpoort bleef staan. De naam Kamperbinnenpoort is afgeleid van de Kamp (weide), de naam van het gebied tussen de eerste en tweede stadsmuur aan de noordzijde van de binnenstad. Na de bouw van de Kamperbuitenpoort, die gebouwd is in de tweede stadsmuur, kreeg de poort zijn tegenwoordige naam. - De oude naam Viepoort verwijst naar het vie, het vee, die vanuit deze poort buiten de stadsmuren werd gebracht. Hier lagen de weilanden, die in bezit waren van de Utrechtse Sint-Maartensabdij.
De Hof
De Hof is het grootste plein in de binnenstad. Op de Hof is elke vrijdag en zaterdag markt. De naam de Hof gaat terug op de middeleeuwse bisschoppelijke hof die gelegen was op een uitloper van de Utrechtse Heuvelrug waar de rivier de Eem aan de oostkant met een bocht omheen stroomde. Deze bisschopshof wordt voor het eerst genoemd in 1203, in een bisschoppelijke oorkonde waaruit blijkt dat de hof in 1196 al bestond. De hof was waarschijnlijk een plaats waar de opbrengsten uit de bezittingen van de bisschop van Utrecht werden geïnd. De bisschopshof lag waarschijnlijk niet op de plaats van het huidige plein, hier werden van de hof namelijk geen sporen aangetroffen.
Waarschijnlijk lag deze aan de noordkant van het plein, waar nu de Sint-Joriskerk staat. In de 13e en 14e eeuw werd de Hof verschillende keren opgehoogd om het voor markten geschikt te maken. In de 16e eeuw kreeg de Hof bestrating. Op de Hof ontstonden al vroeg stenen gebouwen. Zoals de Sint-Joriskerk. Aan de westzijde van de Hof stond eeuwenlang het stadhuis. Het gebouw op de Hof bestond eerst uit twee en later uit drie panden die gebouwd zijn in de 13e eeuw. Een ander vroeg stenen gebouw is Logement de Gaaper. Dit pand, mogelijk gebouwd in de tweede helft van de 13e eeuw, staat aan de oostkant van de Hof. De andere zijde ligt aan de Langestraat.
Logement de Gaaper
Logement de Gaaper is het oudste stenen huis van de stad. Het diepe huis was rond 1225 gebouwd en na de stadsbrand van 1340 vergroot. De woning werd halverwege de 15de eeuw gesplitst in een woning aan de Langestraat en een winkel aan de Hof. Het huis aan de Hof had aan de pleinzijde een hoog vertrek (voorhuis) voor een ambacht of handel. Erachter lag een woonkamer met een slaapkamer erboven. De kelder en verdiepingen dienden voor opslag van handelsgoederen. Kort na 1822, toen het pand een empire lijstgevel met Griekse decoraties kreeg, betrok Cornelis B. Kok het pand: hij had zijn apotheek, met het beeld van de gaper, aan de Hof. De familie had een grote verzameling kunst en antiek, die tussen 1878 en 1905 aan de Oudheidkundige Vereniging Flehite geschonken is. In het gebouw zit nu in een hotel, vernoemd naar de gaper op het pand.
Meer informatie vind je hier.
Stadsbron
In het midden van het plein is de Stadsbron te vinden. In de fontein is een bronzen gezicht te zien dat water spuit uit zijn mond. Er zijn verhalen van een draak die onder de bron heeft gezeten of nog zit. Van oorsprong is deze fontein een 15de-eeuwse waterbron.
Langestraat
De Langestraat is de langste straat in de oude kern van de stad. De straat is ongeveer 470 meter lang en gaat na de Kamperbinnenpoort over in de Kamp. De route van de Langestraat en de Kamp loopt over drie relatief hoge zandkoppen, bij de Varkensmarkt, de Sint-Joriskerk en de Kreupelstraat. Al in de tweede helft van de 13e eeuw, was de Langestraat, toen nog niet verhard, de belangrijkste doorgaande weg. De straat maakte deel uit van de verbinding tussen West-Nederland en Oost- en Noord-Nederland.
Met de bouw van de eerste stadsmuur tegen het eind van de 13e eeuw werd de Langestraat aan beide zijden afgesloten door een poort. De Langestraat kruist een belangrijke waterweg, de Langegracht en Kortegracht. Op de plaats van de kruising ligt een korte straat, die Vismarkt of Plaats werd genoemd, eigenlijk een brede brug over de gracht. Hier staat een vishal uit 1657.
De Langestraat was eeuwenlang één van de straten waar de Amersfoortse elite woonde. Eind 19e en begin 20e eeuw trokken veel bewoners van de Langestraat echter weg naar de villa’s buiten de binnenstad. De panden werden verkocht aan winkeliers en in de jaren zestig was de Langestraat een aaneengesloten winkelstraat geworden. En is de Langestraat voetgangersgebied.
Musea in Amersfoort
Mondriaanhuis
In het geboortehuis van Piet Mondriaan bevindt zich het Mondriaanhuis, “museum voor Constructieve en Concrete Kunst”. Het museum toont divers werk van Mondriaan, waaronder exemplaren van zijn geometrisch-abstracte werk. Er wordt ook werk in die stijl van andere kunstenaars getoond. De jonge Mondriaan bracht in dit huis hier zijn eerste acht levensjaren door. De dubbele woning huisvestte ook de net gestarte lagere school voor Christelijk-Nationaal Onderwijs, waarvan de vader van Mondriaan hoofdonderwijzer werd. Het woon- en schoolgedeelte zijn tijdens een restauratie weer samengevoegd tot een geheel. Van 1953 tot 1980 is het gebouw in gebruik geweest als kerk.
In 1994 opende het Mondriaanhuis de deuren voor het publiek. Met op de benedenverdieping een permanente presentatie van het vroege werk van Mondriaan en diens verdere levensloop. De bovenetage van het museum bood tijdelijke tentoonstellingen van kunstenaars van wie het werk is beïnvloed door het gedachtegoed van Mondriaan. Eind 2016 onderging het Mondriaanhuis een ingrijpende herinrichting. Sinds de heropening in maart 2017 staat het museum volledig in het teken van Piet Mondriaan. Daarbij wordt onder meer gebruik gemaakt van audiovisuele technieken, zoals video-installaties. Zo trekt de artistieke ontwikkeling van de kunstenaar voorbij en ziet de bezoeker hoe Mondriaans werk geleidelijk veranderde van realistische landschappen, naar luministische taferelen tot de vooruitstrevende abstracte composities met de lijnen en vlakken in de primaire kleuren rood, geel en blauw. Inclusief de artistieke zoektocht die leidde tot de beroemde Victory Boogie Woogie. Bovendien wordt inzichtelijk welke invloed jazzmuziek, een grote passie van de Mondriaan, had op diens werk. Verder kun je kijken in Mondriaans op ware grootte nagebouwde atelier uit zijn periode in Parijs. Ook toont het Mondriaanhuis een aantal naturalistische werken uit de beginperiode van de schilder. Deze landschappen en stadsgezichten zijn afkomstig uit de collectie Esser.
Meer informatie vind je hier.
Lees ook: Mondriaanhuis Amersfoort
Museum Flehite
Museum Flehite is een kunst- en cultuurhistorische museum. Het museum is in 1880 opgericht door de Oudheidkundige Vereniging Flehite (1878), de naam is afkomstig van de oude gouw Flehite (of eigenlijk Flethite). In 1890 werd het eerste van de huidige drie middeleeuwse panden aan de Breestraat betrokken. Sinds 1976 wordt het museum beheerd door een aparte stichting.
Meer informatie vind je hier.
Cavaleriemuseum
Het Cavaleriemuseum, dat gewijd is aan de geschiedenis van Nederlandse cavalerie. Het Nederlandse Cavaleriemuseum bevindt zich op de Bernhardkazerne. Een cavaleriemuseum geeft een indruk van het opereren van militairen te paard of onder pantser. Er is aandacht voor de geschiedenis en tradities van bepaalde gevechtseenheden.
Het museum bestaat uit twee gebouwen en een aantal tanks en gevechtsvoertuigen die in de openlucht staan opgesteld. De expositie in het hoofdgebouw omvat kleinere voorwerpen zoals uniformen, handvuurwapens, zilver, schilderijen, miniaturen en schaalmodellen. De expositie omvat voorts diverse objecten zoals motoren en uitrusting. Het geeft een indruk van taken en middelen van de Cavalerie.
In de Landsverkhal, genoemd naar de vooroorlogse pantserwagen Landsverk L-180, staan oude en minder oude pantservoertuigen opgesteld. Daaronder is de sinds 2006 bij het Nederlandse leger in gebruik zijnde pantserwagen Fennek.
Meer informatie vind je hier.
Amersfoort met kinderen
Dierenpark Amersfoort
Kijk je ogen uit bij alle dierbewoners en leef je uit in het bos. Wandel over kleine bospaadjes of waag je aan een avontuurlijk klimparcours dat door het hele park heen loopt. In de Amersfoortse dierentuin loop je namelijk niet alleen langs, maar ook boven en tussen de dieren. De apen slingeren, krokodillen loeren, olifanten spelen en jij… staat er met jouw neus bovenop.
In één dag reis je van het Hollandse Woud waar je de wolven spot, naar de Afrikaanse Savanne waar de giraffen parmantig rondlopen. Even verderop beland je ineens op de Prairie en zie je de prairiehondjes opduiken bij jouw voeten. Maak je liever een sprong door de tijd? Bezoek dan de Stad der Oudheid en gluur naar binnen in het paleis van de Perzische koning, waar jij recht in de ogen van de tijgers kijkt. Of bewonder de levensgrote dino’s in het Dinopark.
Meer informatie vind je hier.
Lees ook: Dierenpark Amersfoort; het ideale voorjaarsvakantie uitje
Overdekt verkeerstuin Amersfoort
Heb je een dagje weg gepland in de buitenlucht en komt het met bakken uit de hemel? Geen reden voor paniek, het is niet nodig om je uitje af te zeggen. Maar het is tijd om je plannen iets aan te passen. Geen speeltuin buiten maar een indoorspeeltuin. Binnen spelen is natuurlijk net zo leuk. Bij deze indoorspeeltuin oefenen de kinderen ook nog eens met verkeersregels. Zo wissel je lekker spelen en leren met elkaar af.
Meer informatie vind je hier.
Keijlijn en Waterlijn
Een rondrit door de historische binnenstad van Amersfoort. Dat kan met de toeristentrein van Keijlijn. Onderweg krijg je meer informatie over de bezienswaardigheden. Met een dagkaart kan je op- en af stappen waar en wanneer je wilt. Daardoor ben je in de gelegenheid diverse monumenten te bezichtigen. Naast de Keijlijn is er ook de Waterlijn; hierbij ontdek je de stad in een rondvaartboot vanaf het water.
Meer informatie vind je hier.
Bosbad Amersfoort
Het Bosbad ligt in een bosrijke omgeving en staat voor genieten! Of je nou graag banen trekt, gek bent op waterglijbanen of lekker wil luieren bij het Bosbad zit je goed. Deze zomer is het 50 meterbad gereserveerd voor banenzwemmers. Naast het 50 meter bad liggen twee grote baden met ondiepere gedeeltes waar je lekker van de glijbanen kunt, kunt klimmen en klauteren en kunt spelen met de waterspuiters.
Meer informatie vind je hier.
Religieuze bouwwerken in Amersfoort
Onze Lieve Vrouwetoren
De Onze Lieve Vrouwetoren is het centrale punt van het coördinatenstelsel van de Rijksdriehoeksmeting en was tot ca. 1970 ook de oorsprong (x = 0 m, y = 0 m) hiervan. Het wordt daarom wel het middelpunt van Nederland genoemd. Dit is in 1996 bij de toren zichtbaar gemaakt door twee metalen strips, waarvan één de x-as aangeeft en de ander de y-as. In het midden van de torenvloer is een markering aangebracht die het nulpunt aangeeft. Rond 1970 is de oorsprong om praktische redenen verschoven naar buiten Nederland zodat het punt nu exact de coördinaten x = 155 000 m, y = 463 000 m heeft.
Het laatgotische bouwwerk is 98,33 meter hoog (gemeten tot aan de haan) en reikt hoog boven de binnenstad uit. De toren heeft de bijnaam “Lange Jan”. Oorspronkelijk hoorde de toren bij een in de 18e eeuw verdwenen kerk. De eerste kapel op deze plaats werd in de veertiende eeuw gebouwd. Deze werd in de vijftiende eeuw vergroot tot een driebeukige kruiskerk. Wanneer de toren precies werd gebouwd, is niet bekend. Men denkt dat de bouw kort na het Mirakel van Amersfoort in 1444 is begonnen en omstreeks 1470 werd afgerond. De officiële gegevens van de bouw gingen verloren in 1579 toen de protestanten tijdens de reformatie en de Beeldenstorm grote delen van het archiefmateriaal vernietigden. Na de overname door de protestanten werd de kerk ook voor andere doelen gebruikt. Bijvoorbeeld als opslagplaats voor buskruit en als laboratorium waar granaten werden gevuld. Door onvoorzichtigheid van een medewerker van het laboratorium ontplofte de kerk in 1787. Daarbij vielen zeventien doden. De kerk raakte bij de explosie zwaar beschadigd en in 1806 werd besloten om de ruïne af te breken.
De toren bestaat uit twee vierkante geledingen van baksteen en natuursteen voorzien van steunberen, een zandstenen achtkantige lantaarn en een houten bekroning. Deze bekroning kwam tot stand nadat de oorspronkelijke naaldspits in 1547 verloren ging. Bijzonder is dat de toren twee carillons heeft. Het oudste is in de jaren 1659 tot 1664 gegoten door de gebroeders Hemony en telt 35 klokken; het nieuwe heeft 58 klokken en is in 1997 vervaardigd door de Koninklijke Klokkengieterij Eijsbouts. Nadat Amersfoort eeuwenlang een officiële stadsbeiaardier in dienst heeft gehad is deze functie in 1995 afgeschaft. De carillons op de Onze Lieve Vrouwetoren worden bespeeld door verschillende beiaardiers waaronder leraren en studenten van de in Amersfoort gevestigde Nederlandse Beiaardschool. Behalve de carillons hangen er sinds 2000 ook zeven luidklokken in de toren.
Meer informatie vind je hier: https://www.onzelievevrouwetoren.nl/
Sint-Joriskerk
De Sint-Joriskerk is een driebeukige hallenkerk. De kerk wordt gebruikt door de Hervormde Wijkgemeente Sint Joriskerk van de Protestantse Gemeente Amersfoort. In 1248 werd een parochiekerk gebouwd op de plek van een kapel die waarschijnlijk ook al aan Sint Joris was gewijd. Naast een gedeelte van de onderkant van de huidige toren is er van deze parochiekerk niets over. In 1337 werd de kerk tot kapittelkerk verheven. In de 15e eeuw werd het kerkgebouw verbouwd tot een hallenkerk, waardoor de kerktoren door de zuidbeuk werd omsloten. In 1534 kreeg de kerk de huidige vorm als driebeukige hallenkerk.
Een belangrijk stuk in de kerk is het zandstenen, gotisch doksaal uit ca. 1480, dat in 1845 schade leed doordat er een orgel op werd geplaatst. Bij de restauratie in de jaren zestig werden meerdere versieringen, ornamenten en schilderijen uit de Middeleeuwen aangetroffen. Deze waren tijdens de reformatie overgeschilderd. Ook aan de buitenzijde van de kerk zie je een 16de-eeuwse schildering. In de kerk bevindt zich een grafmonument voor de in 1657 in Amersfoort gestorven bouwmeester Jacob van Campen.
Bijzonder is de chirurgijnenkamer boven het voorportaal, de enige in Nederland die zich in een kerk bevindt. Oorspronkelijk diende dit als kapel, maar na de reformatie werd het een examenkamertje voor de chirurgijnen. Tot 1783, het jaar waarop het gilde voor chirurgijnen werd opgeheven, werden hier examens afgenomen en proeven uitgevoerd. Daarna heeft het gediend als kamer voor de torenwachter. Tegenwoordig kun je dit kamertje bezichtigen, en ook de voorwerpen die de chirurgen gebruikten tijdens hun examen.
Meer informatie vind je hier: https://sintjoriskerk-amersfoort.nl/
Sint-Franciscus-Xaveriuskerk
De rooms-katholieke Sint-Franciscus-Xaveriuskerk, is een kerkgebouw aan ’t Zand. Na de Reformatie werd de publieke katholieke eredienst in Amersfoort verboden. Er ontstonden schuilkerken die bediend werden door religieuzen, onder wie de jezuïeten. In de loop der tijd versoepelde het beleid ten aanzien van de katholieken. Toen in 1715 de kerk in vlammen opging, mocht men een meer zichtbare kerk bouwen. De kerk heeft een neoclassicistisch uiterlijk. Het is een van de eerste Nederlandse katholieke kerken in deze stijl.
Meer informatie vind je hier.
Elleboogkerk
De Elleboogkerk, een neoclassicistische kerk uit 1820, werd tijdens een brand op 22 oktober 2007 verwoest. Er werd besloten tot een complete restauratie, die in 2014 werd voltooid. De basis voor de Elleboogkerk werd oorspronkelijk gelegd door Kapucijnenpater Gabriël. In 1638 richtte hij in het huis van zijn zuster aan de Kromme Elleboogsteeg op de hoek van de Langegracht een kapelletje in. In 1783 werd met de bouw voor een nieuwe kerk begonnen, in de vorm van een driebeukige hallenkerk. Deze kerk had de helft van de lengte van het gebouw zoals het er begin 21e eeuw bijstond.
In 1963 fuseerde de parochie met die van de nabijgelegen Sint Franciscus Xaveriuskerk aan ’t Zand en werd de Elleboog aan de eredienst onttrokken. Het kerkgebouw werd daarna gebruikt als onderkomen voor het architectenbureau ‘Environmental Design’, een wooninformatiecentrum, Museum Flehite en FotoForum. In 1998 werd de kerk aangepast voor zijn nieuwe bestemming: op 8 december van dat jaar werd er het Armando Museum geopend, gewijd aan de Nederlandse kunstenaar Armando. Op 22 oktober 2007 woedde er een grote brand waarbij de kerk en een deel van de Armandocollectie verloren gingen. De gemeente Amersfoort gaf aan de Elleboogkerk in de oorspronkelijke vorm te willen herbouwen, waarbij het interieur echter aan moderne eisen zou worden aangepast.
Het Armando Museum komt er in elk geval niet in terug; voor (een deel van) de collectie daarvan werd in 2012 landgoed Oud-Amelisweerd bij Bunnik aangewezen, dat in het voorjaar van 2014 zijn deuren had geopend als MOA Museum Oud Amelisweerd maar in 2018 alweer sloot vanwege een faillissement.
Hofje de Poth
Hofje de Poth is een hofje aan de Coninckstraat. In de tweede helft van de 14e eeuw was er een aantal leken in Amersfoort dat zichzelf ‘Broederschap van de Heilige Geest’ noemde. Deze broederschap handelde volgens de Zeven Werken van Barmhartigheid, gaf zorg aan zieken (waaronder pestlijders) en gaf ‘arme thuyssittende’ wekelijks eigen gebakken brood, boter en andere producten van eigen landerijen rondom Amersfoort. Deze ‘proven’ voor de ‘proveniers’ werden in de volksmond ‘de Poth’ genoemd, waardoor de broederschap bekend werd als ‘de Pothbroeders’. Op meerdere plaatsen is dit symbool in Amersfoort te herkennen, onder andere in het gewelf van de Sint-Joris, gevelstenen, boven de poort aan de Coninckstraat en op een schilderij van Paulus Bor boven de haard in de huidige regentenkamer. Rond 1525 verhuisde de broederschap vanaf de Heilige Geestkapel, in de Langestraat, waar nu de Lutherse Kerk staat, naar het terrein waar De Poth zich nu altijd nog bevindt. Dit lag buiten de oudere stadsmuur in een gebied dat al veel langer bekendstond als de Pothof
In de 16e eeuw kwamen de Celzusters, die in Amsterdam in financiële problemen waren gekomen, op het terrein van De Poth wonen. Zij verbleven enkele tientallen jaren in de Celzusterenkamer, het oudste deel van het Provenhuis of Hoofdgebouw, en verpleegden voornamelijk mensen die leden aan de pest in het Pesthuis en de pesthuisjes op het terrein. Leegstaande pesthuisjes werden gratis beschikbaar gesteld voor oudere mensen die geen dak boven hun hoofd hadden. Tot 1975 werd er in het hofje ook nog wekelijks brood uitgedeeld. Een groot deel van het hoofdgebouw komt nog uit de tijd dat de broeders er kwamen wonen. Ook de Sint Rochuskapel komt uit de 16e eeuw. Aan de voorkant van het hoofdgebouw staat het huis van de binnenvader, dat oorspronkelijk uit de 18e eeuw komt. De 49 kleine woningen die bij De Poth horen zijn aan het eind van de 19e eeuw gebouwd, toen het huidige hofje ontstond. De woningen worden nog steeds gebruikt voor oudere mensen die weinig geld en inkomen hebben. De stichting Armen De Poth stelt zichzelf hiernaast het doel om de hof te behouden en onderhouden.
Meer informatie vind je hier.
Een stukje geschiedenis
De stad Amersfoort is ontstaan aan een doorwaadbare plaats in de rivier de Eem. De Eem begint waar de Lunterse Beek en de Barneveldse Beek bij elkaar kwamen in een laagte tussen de Amersfoortse Berg en het hoger gelegen gebied ten noorden van Amersfoort (Hoogland). Bij die doorwaadbare plaats werd de Eem gekruist door handelsroutes die van Utrecht naar het oosten en noorden liepen. Al in het mesolithicum trokken jagers en verzamelaars door de regio. Bij archeologisch onderzoek zijn de restanten van jachtkampjes aangetroffen. Er zijn ook grafheuvels gevonden met vondsten uit deze periode, zoals klokbekers. Ook uit de bronstijd en ijzertijd zijn grafheuvels bekend, zoals bij de Galgenberg, De Vlasakkers en de Leusderheide. Een deel hiervan is al in de 19e eeuw onderzocht.
De eerste vermelding van Amersfoort dateert uit 1028. Er moet toen sprake geweest zijn van een boerennederzetting. De strategische ligging was voor de bisschop van Utrecht aanleiding om er één van zijn hoven te bouwen, om van hieruit de Gelderse Vallei te ontginnen. Waarschijnlijk werd dit bisschoppelijk hof in de eerste helft van de 12e eeuw gesticht op de plaats waar nu de Sint-Joriskerk staat. Handel en nijverheid leefden toen ook op. De nederzetting kreeg op 12 juni 1259 stadsrechten van de Utrechtse bisschop Hendrik van Vianden. Tegen het einde van de 13e eeuw werd de eerste stenen muur gebouwd, met een lengte van 1550 meter, en omgeven door een gracht. Op de plattegrond van het centrum van Amersfoort is deze eerste stadsmuur nog goed terug te vinden.
In 1340 was er een grote stadsbrand, waarbij ongeveer de helft van de gebouwen werd vernietigd of beschadigd. Omstreeks 1380 werd begonnen met de bouw van een nieuwe muur. In deze muur werd een aantal poorten gebouwd die nog steeds te bewonderen zijn, zoals de Koppelpoort en de Monnikendam. Ook is het verloop van de eerste muur nog intact; de Muurhuizen volgen het traject van de muur en maken gebruik van diens fundering. Amersfoort kreeg in de Middeleeuwen na wonderen rond een Mariabeeld, het zogenaamde Mirakel van Amersfoort, grote betekenis als bedevaartsoord, waardoor de economie opbloeide en vanaf 1444 de Onze-Lieve-Vrouwetoren kon worden gebouwd.
De stad werd in 1573 bezet door de Spanjaarden. In 1579 werd Amersfoort heroverd door Jan VI van Nassau-Dillenburg, waarop in 1579 gedwongen aansluiting bij de Unie van Utrecht plaatsvond. In 1629 werd Amersfoort door Ernesto Montecuccoli veroverd tijdens zijn Inval van de Veluwe. De Inval op de Veluwe en de inname van Amersfoort hadden tot doel, paniek te veroorzaken in de Republiek, waardoor Frederik Hendrik van Oranje het Beleg van ‘s-Hertogenbosch zou moeten opgeven. Dit was tevergeefs doordat het Spaans-keizerlijke leger moest terugtrekken na de onverwachte inname van Wesel.
Rond 1850 braken de inwoners grote delen van de wallen en poorten af. Dat bood de armen werk en de stenen waren nuttig voor straten, pleinen en wegen. Ingrijpen van koning Willem II voorkwam sloop van de Koppelpoort, Monnikendam, Kamperbinnenpoort en een restant van de stadsmuur. Rond 1870 werd Amersfoort door de regering als garnizoensstad aangewezen, mede vanwege de centrale ligging aan spoorwegen en nabij heideterreinen die als oefenterrein konden dienen, zoals De Vlasakkers en de Leusderheide. In de Vestingwet van 1874 kreeg de stad een militaire hoofdrol als gevolg van de focus van de landsverdediging op de Nieuwe Hollandse Waterlinie, met de Grebbelinie als voorpost. Zoals ook elders in Nederland leed in Amersfoort de Joodse gemeenschap zwaar onder de Holocaust. Van de ruim 630 Amersfoortse Joden kwamen er 353 tijdens deze oorlog om. De materiële schade als gevolg van de oorlog was in deze stad beperkt. Het oude centrum bleef gespaard.
In 2006 won Amersfoort de titel ‘Groenste Stad van Nederland’, die wordt toegekend door Entente Florale. De stad dankt haar titel aan het beleid dat Amersfoort voert om haar natuur te behouden. In september 2007 werd de stad door dezelfde organisatie tot ‘Groenste Stad van Europa’ uitgeroepen. Verder kent Amersfoort vele stadsparken. Het grootste park is Park Schothorst, dat ten noorden van het centrum ligt. Het park is rijk aan vele soorten natuur. Ook het iets kleinere Park Randenbroek ten zuiden van het centrum kent vele soorten natuur.
- Weimar Goethe; Bezienswaardigheden & Activiteiten - 30 augustus 2024
- Madrid Stedentrip; Bezienswaardigheden & Activiteiten - 10 juli 2024
- Tweede Wereldoorlog; interessante monumenten en musea in Nederland - 1 november 2022
Leave a comment